Onderzoeksproject
Industriële revolutie en de arbeidersbeweging.

1. Inleiding: vragen en bronnen

Geen geschiedenis zonder onderzoeksvragen (OV) of probleemstellingen. Hiermee bevraag je als geschiedkundige of historicus het te onderzoeken onderwerp (O). Binnen de gestelde hoofdvraag formuleer je nog deelvragen (DV). Zij helpen je een antwoord te vinden op de onderzoeksvraag. 

Maak de opdracht en kom de onderzoeksvraag van dit project te weten.

De onderzoeksvraag komt niet uit de lucht vallen, maar sluit aan bij ideeën die al decennialang het politieke debat beroeren en ze doen dit vandaag meer dan ooit. Hiermee is de onderzoeksvraag ook gemotiveerd . Tip: typ de begrippen "industriële revolutie", "liberalisme", "economisch liberalisme", "arbeidersbeweging" en "socialisme" in het zoekvak van het Krantenarchief in. Opdracht: Volg de actualiteit gedurende de onderzoeksperiode en verzamel artikels over deze begrippen.

Om een antwoord te vinden op je vragen, moet je meerdere bronnen raadplegen. Het internet bevat beslist een schat aan informatie en geeft je ook een overzicht van het materiaal in bibliotheken. Hou ook de actualiteit in het oog. Daarnaast zijn er nog tal van andere bronnen: foto's, interviews, films,...

Spring steeds kritisch om met je bronnen.

Noteer onmiddellijk wat je waar gevonden hebt met behulp van notitie- en bibliografische kaarten.

Hou ook een verklarend woordenboek bij de hand.


top    


Wat zijn onderzoeksvragen en deelvragen?

Opdracht onderzoeksvragen



Zoeken op het internet

Actualiteit

Bronnenkritiek

Notitie- en bibliografische kaart

Moeilijke woorden verklaren

  • 2. Het economisch liberalisme
  • Omdat iedereen probeert zo goed mogelijk voor zichzelf te zorgen zal men – zonder daar direct naar te streven – ook de belangen van de ander dienen

    De deelvragen sluiten aan bij de onderzoeksvraag. Vermits in dit project wordt onderzocht of het economisch liberalisme en de industriële revolutie iedereen weldaad bieden, is het interessant om ze als uitgangspunten voor het onderzoek te nemen.

    Het economisch liberalisme is ontstaan in de periode van de verlichting, net zoals vele andere hedendaagse begrippen, denk maar aan de scheiding der machten.

    Speel het kwartetspel "de verlichting" en ga op zoek naar informatie over het economisch liberalisme. Noteer de informatie om de opdracht te kunnen maken.

    top    


    Kwartetspel "de verlichting"

    Opdracht economisch liberalisme



  • 3. De industriële revolutie
  • Bekijk de onderstaande presentatie en toets de ideeën van het economisch liberalisme aan de industriële samenleving. Worden de beweringen bevestigd? Motiveer je antwoord.

    top    


    Link van de presentatie


  • 4. De sociale kwestie met Gent als voorbeeld
  • Batavia bevatte 117 woninkjes verdeeld over vier straatjes die nauwelijks 3 meter breed waren. Drie poortjes gaven toegang tot de wijk. Alle bewoners van Batavia moesten zich behelpen met zes toiletten en twee pompen. Een open riool liep midden door de straatjes. De huisjes waren extreem klein.

    De presentatie uit het vorige hoofdstuk eindigt met de vaststelling dat in de industriële maatschappij een nooit geziene kloof ontstaat tussen rijk en arm. De sociale kwestie is hiervan het gevolg. De volgende uitklaptekst gaat dieper in op deze sociale kwestie. Bekijk ook de sites over Gent en Le Grand-Hornu en los dan de woordenpuzzel op.

    Klik hier om de inhoud open te klappen.

    De industrie had massa’s plattelandsbewoners (plattelandsvlucht) naar de stad gelokt. Gent was wellicht de meest proletarische stad van België. Rond het midden van de 19e eeuw was Gent dan ook herschapen in een onleefbare en compleet overbevolkte verzameling van armzalige arbeiderswijken en fabrieken. Gent was te klein: terwijl van 1800 tot 1856 de bebouwde oppervlakte van de stad nauwelijks met 22 procent toenam, steeg de bevolking met 93 procent. De gevolgen konden natuurlijk niet uitblijven en werden in 1843 voor het eerst uitgebreid beschreven door J. Mareska en J. Heyman, twee Gentse geneesheren. Zij voerden in regeringsopdracht een enquête uit in verband met de arbeids,- woon- en levensomstandigheden van de Gentse katoenarbeiders. Ze gaven een beschrijving van de arbeiderswijk Batavia aan de Blandijnberg. In Gent bestonden er in die periode ongeveer 14000 arbeiderswoningen, waarvan er 3586 in beluikjes of ‘citeetjes’ te vinden waren.

    Batavia was zo een beluik. De wijk was ongeveer 100 meter lang en 30 meter breed. Batavia bevatte 117 woninkjes verdeeld over vier straatjes die nauwelijks 3 meter breed waren. Drie poortjes gaven toegang tot de wijk. Alle bewoners van Batavia moesten zich behelpen met zes toiletten en twee pompen. Een open riool liep midden door de straatjes. De huisjes waren extreem klein. Ongeveer een vijfde van de huisjes had een verdieping. Deze huisjes werden verhuurd aan 1,63 fr. per week. In de huisjes zonder verdieping werd de ruimte onder de dakpannen gebruikt als slaapkamertje. Deze woningen werden verhuurd aan 1,09 fr. per week. Uit de enquête van Mareska en Heyman bleek ook dat Gent in 1843 53 katoenspinnerijen en –weverijen en negen “indiennerieën” telde met in totaal ongeveer 10000 werknemers, waarvan 6000 mannen en 4000 vrouwen. De werkdagen in de fabriek waren lang: van vijf of half zes ’s morgens tot acht uur ‘s avonds. Er waren meestal twee onderbrekingen van een half uur, naast een onderbreking van een uur voor het middagmaal, voorzien. Gemiddeld werkte men dus 13 uur per dag, ook de zaterdag. Enkel op maandag eindigde de werkdag al om drie uur in de namiddag. Een gemiddelde werkweek telde dus ongeveer 73 uur. Het aantal verlofdagen was zeer beperkt. Enkel op kerkelijke feestdagen, tijdens de Gentse feesten en tijdens het carnaval kregen de arbeiders vrij. De vrije dagen werden niet uitbetaald. De lonen verschilden naargelang het werk:

    Gemiddeld loon per jaar

    De uitgaven per week van een gezin bestaande uit vader, moeder en vier kleine kinderen

    (...)Het was noodzakelijk dat vrouwen en kinderen meewerkten. De kleinste tegenslag (ziekte, arbeidsongeval,…) zorgde ervoor dat een gezin met bittere ellende geconfronteerd werd. De arbeiders vertrokken meestal zonder ontbijt naar de fabriek. ’s Middags en ’s avonds aten ze “uitgebreid”. Hun middagmaal bestond uit karnemelkpap of een magere soep met aardappelen en ajuinsaus. Aardappelen en brood waren de ingrediënten van het avondmaal. Daarnaast namen ze ook twee tussenmaaltijden: de eerste om negen uur ’s morgens en de tweede om vier uur in de namiddag. Deze maaltijden bestonden enkel uit boterhammen. Ze dronken er een dunne koffie bij.

    Bron: BRUYNEEL, T., Liederen van Karel Waeri in het kader van de sociale strijd., Internet, 2002, ( http://www.ethesis.net/karel_waeri/karel_waeri_inhoud.htm ).

    En klap de tekst weer in na het lezen.
    top    





    Gent: van arbeiderswijk tot quartier Latin

    Le Grand-Hornu

    Woordenpuzzel sociale kwestie

    Opdracht: sociale kwestie


  • 5. Socialisme
  • Proletariërs aller landen verenig u.

    De diepe ellende van de arbeiders of het proletariaat doen nieuwe ideeën ontstaan: het socialisme wordt geboren. Nieuwe ideeën brengen ook nieuwe begrippen met zich mee. Bekijk volgende presentaties over Marx en het socialisme en los vervolgens de woordenpuzzel en de opdracht op.





    top    

    De Internationale


    woordenpuzzel socialisme

    Opdracht socialisme

    Uitzending over Marx

    Link presentatie socialisme



  • 6. Sociale en politieke ontwikkelingen in de 19de en begin 20 ste eeuw in België

  • Inspireren de ideeën van Marx de Belgische arbeiders? Kunnen zij hun arbeids- en levensomstandigheden verbeteren? Welke problemen ondervinden zij hierbij en hoe pakken zij die problemen aan? Zoek een antwoord op deze vragen met behulp van de woordenwolk en de informatiebronnen die je bij dit hoofdstuk vindt. . Kies uit de woordenwolk enkele begrippen en presenteer ze mondeling voor je klasgenoten. Vervolgens maak je de opdracht arbeidersbeweging


    top    


    Hulpmiddelen

    Tips: mondelinge presentatie

    Bronnen

    De droom van een betere wereld

    Sociale vooruitgang komt niet vanzelf.

    Algemeen stemrecht

    Link sociale zekerheid

    Opdracht arbeidersbeweging

  • 7. Actualiteit
  • In dit project kwam je tal van begrippen tegen, zoals liberalisme, socialisme, communisme. Welke partijen sluiten vandaag het beste aan bij deze begrippen?

    Andere maatschappelijke kwesties (confessionalisme, nationalisme, ecologisme) deden ook andere partijen ontstaan. Welke partijen sluiten bij deze begrippen aan?

    Hoe zit het met de sociale kwestie vandaag? Klik op de grafiek en lees over de groeiende ongelijkheid.

    Je kan vaststellen dat de sociale kwestie weer op de voorgrond is getreden: in een ander kader met andere figuren. Ook nu woedt er een discussie over de te gebruiken recepten, zoals blijkt uit het programma Tegenlicht en de longreads over Piketty in de Correspondent en Mondiaal Nieuws.

    In de opdracht krijg je een overzicht van argumenten en stellingen. Aan jou om aan te duiden welke argumenten en stellingen bij Piketty horen.

    top    

    Correspondent over de groeiende ongelijkheid

    Thomas Piketty en Naomi Klein bij Tegenlicht

    Correspondent over Piketty

    Interview met Piketty in Mondiaal Nieuws

    Opdracht argument en stellingen

  • 9. Conclusie
  • Je hebt voldoende informatie verzameld om tot een conclusie of besluit te komen. In de conclusie formuleer je een antwoord op de onderzoeksvraag. Breng daarom de onderzoeksvraag weer even in herinnering van de lezer.

    Een onderzoeksproject is een omvangrijke taak. Meestal werk je daarom samen met anderen. Met behulp van moderne technologie kan dit ook van op afstand. Google Drive is een instrument waarmee je kan samenwerken aan teksten.

    Schrijf samen met anderen een besluit in een google drive document. Let ook op je taal. De link "evaluatielijst teksten" kan je hierbij als een controlelijst gebruiken.

    top    


    Wat zet je in een conclusie?

    Samenwerken met Google Drive

    Evaluatielijst teksten


  • 10. Presentatie
  • Wanneer je alle informatie verzameld en verwerkt hebt, kan je beginnen aan het uitschrijven ervan: van titelblad tot bijlagen.

    Besteed voldoende aandacht aan een nauwkeurige bronvermelding.

    Naast een schriftelijke wordt er soms ook nog een mondelinge presentatie verwacht. Presentatieprogramma's, zoals PowerPoint, Prezi, e.a. bieden hierbij heel wat ondersteuning.

    top    

    Tips: schriftelijke presentatie

    Bronvermelding

    Tips: mondelinge presentatie

    Opdracht bronvermelding

    Presentatieprogramma's

  • 11. Evaluatie van het project
  • Om het project af te sluiten, wordt je gevraagd om het evaluatieformulier in te vullen.

    top    

    Evaluatie project

  • 12. Uitbreiding van het project
  • In opbouw

    top    

  • 13. Verantwoording
  • Deze site richt zich in de eerste plaats op de leerlingen van het zevende jaar beroeps en de leerlingen geschiedenis van de derde graad technisch onderwijs.
    Aan deze site werd en wordt hard gewerkt. Als u hiervan delen kopieert, vermeld dan op een correcte wijze de bron. Zo leren we dit onze leerlingen ook aan.
    De auteur is licentiate geschiedenis en sinds 1984 geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs. Na gewerkt te hebben op vormings- en studiedienst, geeft zij nu meer dan tien jaar les in het TSO en BSO.

    top